Over kunst en haar muze: better safe than sorry

03 februari 2021 | Auteursrecht, Intellectuele Eigendom

Stel: Je bent kunstenaar. Je vindt na wat gegoogel een prachtig geënsceneerde originele foto van een uiterst opvallende plant. Je besluit er je nieuwe tekening op te baseren, en stelt deze laatste tentoon tijdens een expo. Op het eerste zicht kan je denken dat er geen vuiltje aan de lucht is. Niets is echter minder waar. In deze situatie zit immers een grote juridische valkuil verstopt. Kunstenaars doen er goed aan zich van deze valkuil bewust te zijn, en ze met de nodige zorg en respect te benaderen. Een toelichting.

Auteursrecht

Foto’s kunnen beschermd zijn door het auteursrecht, tenminste als zij een “originele vorm” bezitten. In tegenstelling tot wat die woorden doen vermoeden, betekent dit niet dat de foto “nieuw en uniek” moet zijn. Het heeft ook niet te maken met de artistieke of esthetische waarde van de foto, en nog minder met de kwaliteit ervan. Wat het wel betekent, is dat de fotograaf vrije creatieve keuzes heeft gemaakt waardoor het resultaat een persoonlijke stempel draagt. Zeer subjectief dus.

Een concreet voorbeeld: het Europees Hof van Justitie oordeelde hierover reeds met betrekking tot portretfoto’s: voor deze kan originaliteit liggen in de door de fotograaf gekozen enscenering, belichting, pose van de geportretteerde, invalshoek, camera-instelling, gecreëerde sfeer, foto-ontwikkelingstechniek, en software.

Het auteursrecht ontstaat in dat geval bovendien automatisch vanaf het ogenblik van de creatie, en blijft vervolgens voortbestaan tot 70 jaar na het overlijden van de fotograaf!

Relevantie? Het gaat allemaal om de toestemming!

Waar ligt nu de relevantie? Wel, het auteursrecht geeft aan de fotograaf onder meer het exclusieve recht om de foto te bewerken, te kopiëren, en openbaar te maken. Zonder toestemming van de fotograaf, mogen anderen deze zaken dus niet doen. Ook kunstenaars niet.

U voelt dat dit gedoe rond toestemming omslachtig kan worden. Er kan echter aan de foto ook een Creative Commons-licensie worden aangebracht. Hierin regelt de fotograaf wat er met de foto mag gebeuren zonder dat daarvoor zijn toestemming moet gevraagd worden.

Daarnaast bestaan er echter ook een hele reeks uitzonderingen op de verplichting tot het vragen van toestemming. Zo is er de uitzondering van de privékopie: het is toegestaan om zonder toestemming te reproduceren in familiekring, ten minste als de reproductie bestemd is voor de familiekring. Dus niet voor een expo.

Een andere uitzondering is de parodie-uitzondering. Het is de logica zelve dat voor het parodiëren geen toestemming moet gevraagd worden. Maar wat is een parodie? Volgens het Europees Hof van Justitie het imiteren van een bestaand werk, met een insteek van humor of spot. En laat dat laatste dan weer subjectief zijn…

Luc Tuymans beriep zich bijvoorbeeld in 2015 op deze parodie-uitzondering in de zaak over de foto van Jean-Marie Dedecker (genomen door fotografe Katrijn Van Giel), zij het onsuccesvol.

Een foto als muze?

Maar goed. Genoeg theorie. Wat betekent dit nu eigenlijk in de praktijk? Het betekent dat wanneer jij je voor je eigen werk baseert op andermans auteursrechtelijk beschermde foto, je ervoor moeten zorgen dat dit niet uitmondt in een bewerking of kopie waarvoor toestemming moet gevraagd worden, en je dat laatste niet doet.

Ik hoor je denken. Dat is makkelijk praten, maar wanneer mondt mijn schilderij uit in zo’n bewerking of kopie? Dat is in de eerste plaats aan jou om te beoordelen. Alleen is die mening niet zaligmakend: als het tot een conflict komt met de fotograaf, en de zaak komt voor een rechtbank, dan zal het de rechter zijn die daarover beslist.

Wat de regel over kopieën betreft, maakt de kunstwereld vaak de opmerking dat verf een ander medium is dan fotografie. Dit an sich zou er al voor zorgen dat een schilderij nooit een kopie van een foto kan zijn. Vanuit het artistieke denken is dit geen onlogische redenering. Juridisch gaat dit echter niet op. De wijze van reproduceren is immers irrelevant. Het schilderij moet ook niet honderd procent identiek zijn aan de foto om een kopie te zijn. En of het volledig of slechts gedeeltelijk gekopieerd wordt, is ook van geen belang.

Het is duidelijk dat juridisch de moeilijke en delicate afweging is gemaakt om oorspronkelijke creaties te beschermen, en dat daardoor het beschermen van de vrijheid om te creëren wat op de achtergrond is geraakt.

Conclusie

Er bestaat geen magische formule om te bepalen wanneer een schilderij, gebaseerd op een foto, uitmondt in een bewerking of kopie waarvoor toestemming nodig is. Dat maakt het moeilijk om te voorspellen wat een rechtbank zou oordelen ingeval het zover zou komen.

Wanneer je dus twijfelt: better safe than sorry. Zorg ervoor dat je vooraf de vereiste toestemming hebt. Bovendien getuigt dit vanzelfsprekend van waardering ten aanzien van degene op wiens werk je het jouwe zal baseren. Zouden de rollen omgedraaid zijn, zou je dit hoogstwaarschijnlijk ook kunnen appreciëren.

Zit je toch nog met vragen over je artistieke ei? Contacteer ons via hallo@dejuristen.be!

Geschreven door Sofie Moore, Legal Adviser deJuristen, en Kris Seyen, Partner deJuristen

Onze diensten

Information Technology

Intellectuele Eigendom

Privacy

e-Compliance